We zijn het niet gewend: praten over het levenseinde. Toch is het soms nodig. Daarom staan we stil bij een paar praktische tips.
Het is misschien wel het meest intieme dat je met je partner, ouder, kind, vriend of vriendin kunt doen: praten over het levenseinde van jezelf of van de ander. De drempel om erover te beginnen is echter hoog. Het is immers bijna per definitie een verdrietig onderwerp. En verdriet, dat gaan we natuurlijk het liefst zoveel mogelijk uit de weg.
Toch is het soms nodig. Omdat iemand in je omgeving ernstig ziek is geworden. Of omdat iemand een dierbare is verloren. Of omdat je nu eindelijk eens dat testament wilt regelen of je uitvaartwensen wilt delen met je partner.
Maar hoe begin je erover?
1. Stel jezelf gerust
Vóórdat je begint, is het goed om je te realiseren dat je niet eerder overlijdt door over het levenseinde te praten. Net zoals je ook niet zwanger wordt van praten over seks. Met andere woorden: je wereld zal niet instorten door het levenseinde tot gespreksonderwerp te bombarderen. Realiseer je dat het gesprek natuurlijk moeilijk of emotioneel kan zijn, maar dat er ook een positieve kant aan zit: het is belangrijk, zinvol, waardevol en betekenisvol wat je gaat doen. Het zorgt voor een diep contact met de ander en het geeft rust.
2. Stel een doel
‘Het levenseinde’ klinkt als één onderwerp, maar valt in de praktijk uiteen in tientallen verschillende onderwerpen. Van de eigen uitvaart tot je toekomstige sterfbed, van euthanasie tot het bestaan van een leven na de dood. Stel jezelf dus een doel: waarover wil je het hebben? Wat wil je bespreken? Wil je over medische keuzes praten die misschien ooit aan de orde komen? Moet dat testament geregeld worden? Wil je weten hoe de ander over de uitvaart denkt?
3. Stuntelen mag
Sta jezelf toe onervaren te mogen zijn in het praten over het levenseinde. Dat praten is net als zwemmen: als je het nooit eerder gedaan hebt, is het lastig om te beginnen. Stuntelen hoort er bij. Hoe vaker je het doet, hoe makkelijker het echter zal gaan. Een mogelijke beginzin die je altijd kunt gebruiken is bijvoorbeeld: ‘Ik wil je iets belangrijks vragen/zeggen’. En dan introduceer je je onderwerp.
4. Kies het moment
Er is niet één specifiek moment aan te wijzen waarop je het beste een gesprek over het levenseinde kunt beginnen. Daardoor is eigenlijk ieder moment een goed moment. Je kunt er in een beginzin zelfs naar verwijzen: ‘Ik weet niet of dit een goed moment is, maar dat goede moment is er misschien nooit, dus begin ik er nú maar over… Ik wil het met je hebben over…’
Bron: Mariska Overman en Rob Bruntink.
Ik weet niet wat ik zeggen moet
Hoe praat je over dood, verlies en rouw? Uitgeverij Ten Have. Voor meer informatie, klik hier.